De NASA bestaat dit jaar 60 jaar, en volgend jaar vieren we de 50e verjaardag van de eerste maanlanding. Twee mooie gelegenheden voor een film over Neil Armstrong, de man die op 21 juli 1969 de geschiedenis inging als de eerste mens op de maan.
First Man is een geslaagde biopic die focust op de man onder de ruimtehelm. Regisseur Damien Chazelle (eigenlijk alleen maar bekend van La La Land) wil met zijn film vooral de minder bekende aspecten van Armstrong en de maanmissie laten zien. Voor mij, als ruimtevaartfanaat, zijn die minder bekende aspecten uiteraard niet helemaal onbekend. In tegendeel: met zo goed als alle gebeurtenissen die in de film aan bod komen, was ik al vertrouwd via lectuur en tv-documentaires. De bescheiden, rustige figuur van Neil Armstrong wordt op schitterende wijze vertolkt door Ryan Gosling (óók bekend van La La Land).
Het begin van de film doet wat denken aan The Right Stuff uit 1983, waarin alles draait om de astronauten van het Mercury-programma. First Man begint met een van Armstrongs testvluchten met de X-15 in 1961, waarna hij al snel toetreedt tot het astronautenkorps van de NASA. Vijf jaar later maakt hij zijn eerste ruimtevlucht met de Gemini 8.
Vandaag de dag lijkt het allemaal aan een slakkegangetje te gaan, maar in de jaren 60 volgden de ontwikkelingen in de bemande ruimtevaart elkaar in sneltreintempo op. De Mercury was een kleine eenmansruimtecapsule waarmee de Amerikanen hun eerste pogingen waagden. Bij het Gemini-programma werden iets grotere capsules gebruikt waar twee astronauten in konden. Gemini was de voorbereiding op Apollo, waarmee men uiteindelijk naar de maan wilde en die drie astronauten kon herbergen.
Samen met David Scott maakt Armstrong dus zijn eerste ruimtevlucht met Gemini 8. De bedoeling is om in de ruimte een koppeling tot stand te brengen met een eerder gelanceerde Agena-raket. De koppeling slaagt wonderwel, maar daarna gaat het fout: raket en capsule beginnen ongecontroleerd te tollen, en enkel dankzij de koelbloedigheid van Armstrong en Scott slagen de astronauten er uiteindelijk in hun ruimtetuig weer onder controle te krijgen.
Uiteraard komt in de film ook het ongeluk met de Apollo 1 aan bod, dat een flinke domper op het Apollo-programma betekende. Bij een test op de grond kwamen de drie astronauten (Gus Grissom, Ed White en Roger Chaffee) door brand om het leven. Uit het ongeval trok de NASA wel de nodige lessen: voortaan werd er niet meer gewerkt met een atmosfeer van zuivere zuurstof in de cabine (zodat het vuur geen vrij spel meer kreeg), het ontwerp van het toegangsluik werd aangepast (zodat de deur van binnenuit snel geopend kon worden), brandbare materialen werden vervangen door vuurvaste versies, en leidingen werden voorzien van beschermende isolatie.
Maar opgeven staat niet in het woordenboek van de NASA en ook niet in dat van Armstrong, ook niet nadat hij zijn schietstoel moet gebruiken bij een test met een prille versie van de maanlander, die daarna neerstort en opbrandt.
De film is méér dan een aaneenschakeling van gebeurtenissen uit het maanprogramma. First Man laat ook zien hoe Armstrongs job als astronaut van invloed is op zijn gezin: Neils vrouw Janet (Claire Foy) en hun twee kinderen, Rick en Mark. Aan het begin van de film zien we dat er nog een derde kind was, Karen, dat op tweejarige leeftijd stierf als gevolg van een hersentumor. De herinnering aan Karen blijft Neil de hele film lang bij, tot op het maanoppervlak toe.
Eerder deze maand heb ik Rick Armstrong toevallig nog gezien. Hij was te gast op de open dag van de ESA in Noordwijk, waar hij vertelde over First Man en over zijn kinderjaren als zoon van de eerste mens op de maan.
Eigenlijk mag je het einde van een film nooit verklappen, maar bij een historische film weet iedereen natuurlijk op voorhand hoe het eindigt, in dit geval met de geslaagde vlucht en landing op de maan.
Damien Chazelle heeft dit bijzonder goed in beeld gebracht. Als levenslange fan van het Apollo-programma staan zowat alle historische foto’s en videobeelden over Apollo XI natuurlijk als het ware op mijn netvliezen gebrand. Wanneer de drie astronauten voorbij de verzamelde pers naar het busje stappen dat hen tot bij de imposante Saturnus V-raket brengt – tot op vandaag nog altijd niet onttroond als de meest krachtige raket die ooit werd gebouwd –, wanneer ze de lift in de lanceertoren nemen en vervolgens over de loopbrug tot bij de capsule stappen, maak ik telkens de vergelijking met de beelden die al jarenlang in mijn hoofd zitten. Alles klopt tot in detail! Dat blijft maar doorgaan tijdens de lancering, het koppelingsmaneuver met de maanlander en uiteindelijk de maanlanding zelf. Alles in First Man komt verbazingwekkend goed overeen met de foto’s in het themanummer van Paris Match uit 1969, dat mijn vader speciaal voor mij had gekocht omdat hij heel goed besefte dat dit een historische gebeurtenis was, en misschien toen al kon vermoeden dat ik een passie voor sterrenkunde en ruimtevaart zou ontwikkelen.
Die passie heeft er overigens ook toe geleid dat ik als kind schaalmodellen van zowel de Gemini-capsule als de maanlander in elkaar heb gezet. Daardoor weet ik precies hoe die ruimtetuigen eruit zien (veel beter dan dat zou kunnen alleen maar op basis van foto’s). Enkele jaren geleden heb ik in de Rocket Garden van het Kennedy Space Center overigens zélf over (een replica van) die oranjerode loopbrug gelopen en op mijn rug in (een mock-up van) de Apollo-capsule gelegen, dus ik weet een beetje hoe dat voelt.
De landing zelf was overigens ook een bijzonder spannend moment. Het grote publiek heeft waarschijnlijk nooit beseft hoe nipt dit wel was. Omdat Armstrong door het raampje kon zien dat de voorziene landingsplek bezaaid was met kraters en rotsblokken, nam hij de besturing over en vloog hij verder door. Toen hij de maanlander uiteindelijk veilig aan de grond wist te zetten, was er nog maar voor luttele seconden brandstof over!
Ook de maan zelf is erg waarheidsgetrouw in beeld gebracht: het oppervlak, de schaduwen, de nabijheid van de horizon (aangezien de maan kleiner is dan de Aarde): het klopt allemaal. Alleen had ik verwacht dat de Aarde er vanaf de maan gezien wat groter zou uitzien. De diameter van de Aarde is immers zowat 3,7 keer die van de maan, dus als je vanaf de maan naar de Aarde kijkt, moet de Aarde er veel groter uitzien dan de maan gezien vanaf de Aarde. Maar dat is een detail. Ik weet immers niet welke lens Chazelle gebruikt heeft om de Aarde vanaf de maan te in beeld te brengen. :)
Ik ben erg blij met First Man. Ook deze ruimtefilm krijgt beslist een plaatsje in mijn steeds maar groeiende blu-rayverzameling, al is het daarop natuurlijk wel nog even wachten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten