maandag 11 juni 2012

Zonnewijzerdorp

De jonge MercatorZondagmorgen vertrokken we met een bus (half)vol enthousiaste amateurastronomen richting Rupelmonde voor de (zo goed als) jaarlijkse astronomische uitstap van Volkssterrenwacht Beisbroek. Behalve omwille van het feit dat dit plaatsje aan de samenvloeiing van de Rupel en de Schelde de geboorteplaats is van de beroemde cartograaf Gerard Mercator en dat zijn standbeeld er staat, is het dorpje ook bijzonder interessant omdat het zoveel zonnewijzers telt. Rupelmonde, deelgemeente van Kruibeke, wordt daarom ook wel zonnewijzerdorp genoemd. In 1994 werd er, naar aanleiding van de vierhonderdste verjaardag van Mercators overlijden, een zonnewijzerpad aangelegd. Dit jaar is het overigens vijfhonderd jaar geleden dat Mercator geboren werd, en dat is dan ook meteen de aanleiding om dit jaar op onze uitstap Rupelmonde aan te doen.

Onze voorzitter, Jan Vandenbruaene – auteur van de Astronomische gids voor België, waarin de zonnewijzers van Rupelmonde uitvoerig beschreven staan – is een kenner en geeft ons een zeer deskundige uitleg bij de talrijke zonnewijzers die we te zien krijgen. We hebben overigens erg veel geluk met het weer, want ondanks de voorspelde regen schijnt de zon volop, iets wat natuurlijk bijzonder handig is wanneer je naar de zonnewijzers komt kijken.

Uit de wandeling langs Rupelmondes zonnewijzers onthouden we vooral dat er erg veel verschillende soorten zonnewijzers zijn. We beginnen onze tocht op de markt (het Mercatorplein), bij het pas enkele maanden geleden ingehuldigde standbeeld van de jonge Mercator, dat bij nader toezien zelf een zonnewijzer blijkt te zijn. Aan de overkant van de straat staat het veel grotere standbeeld van de oude Mercator, vlakbij de Onze-Lieve-Vrouwekerk.

Op de zuidelijke gevel van de kerk zien we een eenvoudige zonnewijzer, maar Jan wijst ons ook op een chronogram ter hoogte van het fronton. Een chronogram is een spreuk waarin een jaartal verborgen zit. Er staat: ‘gLorIose VICIt DraConeM’, wat zoveel betekent als ‘roemrijk overwon hij de draak’, wellicht een verwijzing naar Sint-Joris. In de spreuk zitten een aantal letters die ook als Romeinse cijfers geïnterpreteerd kunnen worden. Ze staan extra groot. Als je al die Romeinse cijfers bij elkaar optelt, kom je uit op 1758, het jaar waarin de kerk werd gebouwd.

Op en rond het plein bevinden zich nog meer zonnewijzers. We gaan kijken naar de meervoudige zonnewijzer, dat is een zonnewijzer met meerdere vlakken en meerdere schaduwwerpers. En we leren meteen hoe je de tijd op een zonnewijzer moet aflezen, want die stemt natuurlijk niet zomaar overeen met wat je op je digitale uurwerk ziet.

Om te beginnen duiden zonnewijzers altijd de ware plaatselijke zonnetijd aan, en die is voor iedere lengtegraad verschillend. Om de tijd, die door de zonnewijzer wordt aangegeven, om te zetten naar de officiële tijd die alle klokken aangeven, moet je dus rekening houden met de lengtegraad van de plaats waar de zonnewijzer staat. Vervolgens moet je, afhankelijk van de maand van het jaar, een aantal minuten bijtellen of aftrekken. Dat komt doordat de zon niet het hele jaar door met dezelfde snelheid langs de hemelboog trekt, en dat heeft dan weer te maken met het feit dat de Aarde in een ellips om de zon draait, waardoor onze planeet nu eens sneller, dan weer trager langs zijn baan beweegt. Samen met de schuine stand van de aardas zorgt dat ervoor dat je soms wel tot tien minuten of meer moet bijtellen of aftrekken. Hoeveel precies, dat kun je bij sommige wijzers aflezen op een zogenaamde tijdvereffeningslus. En tenslotte moet je natuurlijk ook nog rekening houden met zomer- of wintertijd. Als je al die zaken weet, kun je dus aan de hand van een zonnewijzer uitvissen hoe laat het precies is, maar de meeste voorbijgangers hebben daar natuurlijk weinig benul van en kijken een beetje verwonderd op dat de zonnewijzer een andere tijd lijkt aan te geven dan wat ze op hun polshorloge zien.

Jan geeft deskundige uitleg bij de meervoudige zonnewijzer op de markt van Rupelmonde

We komen ook heel wat zonnewijzers tegen aan gevels van huizen. De meeste huizen staan natuurlijk niet netjes noord-zuid- of oost-west geöriënteerd, en dat levert zonnewijzers met een afwijking op, d.w.z. de uurverdeling in voor- en namiddag is niet netjes symmetrisch. Bovendien zijn een aantal van die zonnewijzers niet de hele dag door bruikbaar, omdat ze slechts een deel van de dag door de zon worden beschenen.

Langs de Scheldeoever ontdekken we een equatoriale zonnewijzer, gemaakt van een oude molensteen. Bij een equatoriale zonnewijzer is het vlak met de uurlijnen niet horizontaal of verticaal, maar staat het onder een hoek die overeenkomt met de breedtegraad, zodat het evenwijdig staat met het vlak van de evenaar. Tijdens de herfst en de winter wordt zo’n zonnewijzer niet langs boven, maar langs onder beschenen. Equatoriale zonnewijzers zijn daarom vaak uitgevoerd als een (gedeeltelijke) ring, maar bij een molensteen gaat dat natuurlijk niet. De molensteen-zonnewijzer is daarom enkel bruikbaar tijdens de lente en de zomer, maar wel de hele dag door, van zonsopkomst tot zonsondergang.

Na deze boeiende en leerrijke wandeling langsheen de Rupelmondse zonnewijzers gaan we de inwendige mens versterken op het terras van brasserie-restaurant Scaldiana, met uitzicht op de Schelde. Ondertussen zien we de eerste wolken voorzichtjes voorbij de zon komen schuiven.

Zou het straks misschien toch nog gaan regenen?

www.vvs.be/astronomische-gids-van-belgie

1 opmerking: