maandag 3 augustus 2020

NECSS 2020

Dit jaar heb ik voor het eerst NECSS bijgewoond, de Northeast Conference on Science and Skepticism. NECSS (spreek uit als ‘nexus’) is in normale tijden een vierdaagse conferentie in New York, maar in coronatijden moesten de organisatoren het over een andere boeg gooien. NECSS 2020 werd omgevormd tot een tweedaags online event. En eerlijk gezegd kwam me dat goed uit, want daardoor kon ik de conferentie voor het eerst bijwonen, al moest dat uiteraard wel virtueel. Anders zou ik er wellicht niet speciaal voor naar New York reizen, maar ik wou NECSS altijd al eens bijwonen, en nu is het er dus toch eens van gekomen.

De conferentie wordt georganiseerd door de New York City Skeptics, de New England Skeptical Society (NESS) en de Society for Science-Based Medicine. Ik heb voor het eerst over NECSS gehoord via een van de podcasts die ik wekelijks beluister, de Skeptics’ Guide to the Universe (SGU).

Op het programma van NECSS 2020 stonden heel wat bekende namen. Keynote speaker was niemand minder dan Ann Druyan, een van de makers van de baanbrekende tv-serie Cosmos (zowel het origineel uit 1980, gepresenteerd door Carl Sagan, als de twee recente seizoenen met Neil deGrasse Tyson uit 2014 en 2020). Druyan werd geïnterviewd door Bill Nye (‘the science guy’). Andere gastsprekers waren onder anderen nog Scott Page, Richard Wiseman, Leighann Lord, David Hu, Brian Wecht en Siouxsie Wiles.

Op eerdere edities waren ook al heel wat prominente sprekers te gast, zoals James Randi, Seth Shostak, Massimo Pigliucci, Lawrence Krauss, Michael Shermer, Simon Singh, en een van mijn favoriete astronomen, Phil Plait, om maar enkelen te noemen.

Master of ceremonies was muzikant en entertainer George Hrab, geen onbekende in sceptische middens, en uiteraard was ook de SGU-cast van de partij. Een vast programmapunt op elke NECSS-editie is immers SGU Live, een live aflevering van de Skeptics’ Guide to the Universe podcast, gehost door de Novella-broers (Steve, Jay en Bob), Cara Santa Maria en Evan Bernstein.

Dit virtuele gebeuren was niet gratis, maar wat mij betreft was het zijn geld zeker waard, en ik zag het ook als een gelegenheid om de makers van de Skeptics’ Guide to the Universe, die grotendeels verantwoordelijk zijn voor de organisatie van NECSS, financieel te belonen voor de vele uren aan bijzonder interessante podcasts die ze de voorbije jaren gebracht hebben. De wekelijkse SGU-podcast is een van mijn belangrijkste bronnen voor actueel wetenschappelijk en sceptisch nieuws.

Eén van die organisatoren is Steven Novella, die samen met zijn broers zijn uiterste best gedaan heeft om deze eerste virtuele NECSS tot een succes te maken. De technische uitdagingen voor een evenement als dit zijn niet te onderschatten. Er waren wel af en toe wat technische problemen, maar het technische team is er uiteindelijk toch in geslaagd om er een aangename kijkervaring van te maken. De verschillende sprekers zaten doorgaans niet in saaie hokjes op het scherm zoals bij een klassieke Zoom-meeting, maar werden geïntegreerd in een virtueel decor.

In de meerderheid van de presentaties lag de focus op wetenschap, maar er was ook tijd voor luchtiger onderwerpen, zoals comics, muziek, en de game show op vrijdagavond.

Begin dit jaar stonden de organisatoren voor een moeilijke keuze: de hele conferentie, die dit jaar voor de 12e keer zou plaatsvinden, afgelasten? Of transformeren naar een digitaal gebeuren? In maart had niemand een idee hoe de wereld er in juli of augustus zou uitzien. Al vrij snel besloot men de geplande conferentie in New York niet te laten doorgaan, en dat bleek de juiste beslissing. In de huidige omstandigheden is het immers niet verantwoord om een grote bijeenkomst te organiseren.

De eerste digitale editie werd meteen een groot succes: maar liefst 1500 deelnemers kochten een digitaal ticket en kregen daarmee toegang tot de live stream en de chat. Het hele gebeuren blijft anderhalve maand online en kan dus naar believen herbekeken worden. Ondanks het grote aantal deelnemers waren er geen problemen met de bandbreedte. Op nagenoeg ieder moment kon ik genieten van uitstekend beeld en geluid.

De kans is groot dat er ook volgend jaar een digitale editie komt, om dan vanaf 2022 weer terug te keren naar een klassieke conferentie in New York. Maar zeker is dat nog niet. Alles zal afhangen van hoe de coronapandemie zich verder ontwikkelt.

necss.org
www.theskepticsguide.org

6 opmerkingen:

  1. Waarover ging het en waarover zijn ze sketisch?

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik verwijs graag naar de Wikipedia-pagina over wetenschappelijk scepticisme, want daar gaat het hier over.

      Wetenschappelijk scepticisme steunt vooral op de wetenschappelijke methode (die jammer genoeg zelfs niet door wetenschappers altijd correct wordt toegepast) en op kritisch denken.

      De wetenschappelijke methode is niet enkel toepasbaar binnen de wetenschap, maar eigenlijk bijna in gelijk welke situatie. Het is een methode voor het voeren van onderzoek en het verzamelen van bewijs op een zodanige manier dat ook de eigen vooroordelen van de onderzoeker buiten spel gezet worden. Alleen op die manier kan objectieve informatie verkregen worden. Sceptici zijn niet sceptisch over één of een beperkt aantal dingen, maar proberen hun scepticisme toe te passen in elke denkbare situatie.

      Tegenwoordig heeft de sceptische beweging handenvol werk om allerlei onzin de wereld uit te helpen. Met onzin bedoel ik hier allerlei beweringen, van welke aard ook, waar geen voldoende degelijk bewijs voor is. Daaronder vallen allerlei vormen van bijgeloof, pseudowetenschap, onbewezen alternatieve geneeswijzen en bewust bedrog.

      De term 'scepticisme' wordt vaak misbruikt. Zo noemen klimaatontkenners zichzelf bijvoorbeeld vaak klimaatsceptici. Maar sceptisch zijn ze allerminst, aangezien ze geen gebruik maken van de wetenschappelijke methode, feiten ontkennen of verdraaien, en hun eigen vooroordelen als uitgangspunt gebruiken.

      Een scepticus of wetenschapper volgt het bewijs, waarheen het ook leidt, en zal de conclusie aanvaarden, ook als die blijkt in te gaan tegen zijn eerdere vooroordelen. Pseudowetenschappers doen het omgekeerde: zij vertrekken vanuit een vaak onzinnig idee waar ze niet van willen afwijken, en gaan daarna op zoek naar 'bewijs' voor dat idee; daarbij onthouden ze alles wat in hun kraam past, verzinnen desnoods iets, en verwerpen alle bewijs van het tegendeel.

      Voor sceptici is het internet tegelijk een zegen en een vloek. Een zegen omdat het internet uiteraard een schat aan informatie biedt waardoor heel veel mensen nu met relatief weinig moeite allerlei informatie kunnen raadplegen en beweringen kunnen checken, en ook omdat de sceptische beweging dankzij het internet een gestage groei kent; een vloek omdat datzelfde internet, vooral via de populaire sociale media, iedereen toelaat om gelijk welke onzin de wereld in te sturen.

      Via sceptische podcasts, websites en conferenties proberen sceptici zo veel mogelijk correcte informatie te verspreiden en zo veel mogelijk onzin te ontkrachten. Niet gewoon door te zeggen: dat is fout en dit is juist, maar door mensen te leren op een kritische en sceptische manier te denken, bronnen te checken, hun gezond verstand te gebruiken en geen onzinnige berichten verder te verspreiden.

      Op NECSS 2020 kwamen heel wat sprekers en een groot aantal verschillende onderwerpen aan bod. Ik schreef op deze blog ook artikels naar aanleiding van eerdere sceptische evenementen die ik heb bijgewoond. Je vindt ze onder het label 'scepticisme'.

      N.B.: lees ook eens de Engelse versies van bovenvermelde Wikipedia-artikels. Die zijn een stuk uitgebreider dan de Nederlandse!

      Verwijderen
    2. Aanvulling: Met onzin bedoel ik hier allerlei beweringen, van welke aard ook, waar geen voldoende degelijk bewijs voor is of waarvoor meer dan voldoende bewijs is van het tegendeel.

      Verwijderen
  2. Interessant! Maar hoe maak je het onderscheid tussen beweringen van echte wetenschappers en die van pseudo-wetenschappers?

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Voor wat betreft het onderscheid tussen wetenschap en pseudowetenschap verwijs ik naar een helder en uitgebreid artikel van de Nederlandse Vereniging Tegen Kwakzalverij: www.kwakzalverij.nl/behandelwijzen/het-onderscheiden-van-wetenschap-en-pseudo-wetenschap

      Maar eerst en vooral wil ik opmerken dat het nooit om de persoon mag gaan, maar om de bewering zelf. Ook goede wetenschappers, kritische denkers en sceptici maken soms fouten, dat is nu eenmaal onvermijdelijk. Vroeg of laat zijn we allemaal het slachtoffer van onze eigen vooroordelen, van verkeerde redeneringen, verkeerde conclusies of van allerlei andere soorten fouten die gemaakt kunnen worden. Als scepticus en kritisch denker moet je voortdurend op je hoede zijn voor mogelijke vallen waarin je zou kunnen trappen. De wetenschappelijke methode streeft ernaar om dat soort fouten zo veel mogelijk te elimineren via een aantal technieken zoals werken met controlegroepen, dubbelblinde experimenten, controle op reproduceerbaarheid en peer review.

      Wanneer pseudowetenschappelijke beweringen, onderzoeken of theorieën aan diezelfde technieken en testen onderworpen worden, zullen ze snel door de mand vallen.

      Wetenschappers publiceren de resultaten van onderzoeken die ze voeren in gespecialiseerde, wetenschappelijke tijdschriften (die tegenwoordig uiteraard ook online verschijnen). De meeste van die tijdschriften gaan over één specifiek vakgebied, maar er zijn ook enkele vakoverschrijdende publicaties. Wanneer je als wetenschapper een artikel wilt publiceren in zo'n tijdschrift, dan gaat dat niet zomaar. Het is een heel ander proces dan pakweg een artikel in Knack of een lezersbrief in een krant. Wanneer je een manuscript indient, zal het eerst grondig bekeken en geanalyseerd worden door andere wetenschappers uit het betreffende vakgebied.

      Dat is een goede zaak. Wanneer je een fout hebt gemaakt, dan is het immers veel waarschijnlijker dat die fout door iemand anders opgemerkt zou worden, dan dat je het zelf zou opmerken. En dan heb ik het niet over taal- of typefouten, maar over cruciale fouten of tekortkomingen die je bij de gevoerde onderzoeksmethode of bij de besluitvorming gemaakt zou kunnen hebben. Dat proces heet peer review. De originele auteur kan het artikel dan nog aanpassen en opnieuw indienen. Dat is vaak meer dan een simpele aanpassing van de tekst. Soms zal immers een deel van het onderzoek overgedaan moeten worden. Pas wanneer het artikel door de peer reviewers goed is bevonden, komt het in aanmerking voor publicatie. Na publicatie in een vaktijdschrift zullen andere wetenschappers, zeker wanneer je conclusies baanbrekend zijn, wellicht je onderzoek willen overdoen, om te zien of alles wel klopt. Als je eenzelfde experiment in dezelfde omstandigheden herhaalt, dan moet je ook hetzelfde resultaat krijgen. Dat heet reproduceerbaarheid. Blijkt herhaling van het experiment tot een heel andere conclusie te leiden, dan is er iets aan de hand en is er nader onderzoek nodig. Pseudowetenschap of fraude zal hierbij snel door de mand vallen, omdat het niet reproduceerbaar blijkt.

      Waar ik in bovenstaande alinea's over 'wetenschapper' of 'auteur' spreek, gaat het in de praktijk overigens in de meeste gevallen om een wetenschappelijk team, bestaande uit meerdere wetenschappers. Wetenschappelijke artikels hebben dan ook vaak een lange lijst van auteursnamen boven het artikel staan.

      --- lees verder hieronder ---

      Verwijderen
    2. --- vervolg van hierboven ---

      Wetenschappelijke artikels in respectabele vakbladen bevatten altijd een (lange) lijst met verwijzingen naar eerdere publicaties, van andere onderzoekers, eveneens in respectabele vakbladen. Wetenschap is immers een voortschrijdend proces dat verder bouwt op eerder onderzoek en eerder verkregen resultaten.

      Af en toe blijkt na publicatie toch iets mis te zijn met een bepaald artikel of onderzoek, bijvoorbeeld wanneer andere wetenschappers een experiment niet hebben kunnen reproduceren en alsnog fouten en tekortkomingen hebben aangetoond, of wanneer aangetoond wordt dat er fraude is gepleegd. In zo'n geval kan een artikel weer ingetrokken worden door de uitgever of door de auteurs zelf. Eigenlijk is het kwaad dan natuurlijk al geschied, want het is al in gedrukte vorm verschenen en heeft misschien de pers gehaald als het om iets sensationeels ging, maar zo'n intrekking betekent dan concreet dat de conclusies van het artikel vanaf dat moment niet meer door andere onderzoekers gebruikt mogen worden om hun eigen onderzoek op te baseren.

      Een beruchte intrekking van een wetenschappelijk artikel is een studie van Andrew Wakefield uit 1998 die autisme linkte aan vaccinaties en dat in The Lancet verscheen. Er werd aangetoond dat Wakefield wetenschappelijke fraude gepleegd had, en dat zijn conclusies volkomen ongegrond waren. De fraude werd in 2010 aan het licht gebracht door de GMC, de Britse General Medical Council. Omdat Wakefield zich danig misdragen had, werd hij zelfs geschrapt uit het artsenregister. Tot op vandaag blijft Wakefield echter doorgaan met het verspreiden van desinformatie en pseudowetenschappelijke onzin.

      Maar helaas... het kwaad was geschied. Dat éne artikel, waarvan aangetoond werd dat het geen enkele wetenschappelijke waarde heeft, wordt vandaag nog steeds aangehaald door antivaxers en is er de oorzaak van dat (vooral in Amerika, maar steeds meer ook elders) ouders weigeren hun kinderen te laten vaccineren omdat ze er van overtuigd zijn dat vaccinatie tot autisme leidt.

      Verwijderen